Franse veldwesp

(Polistes dominula)

De Franse veldwesp (Polistes dominula) is lange tijd zeldzaam geweest in Nederland, maar komt inmiddels in vrijwel heel Nederland voor. Deze wesp maakt open nestjes zonder omhulsel en is heel herkenbaar door de hangende gele pootjes in vlucht.

Herkenning

Grootte

Vrouwtjes:10 – 15 mm.
Mannetjes:ongeveer 15 mm.

Bij veldwespen is er geen duidelijk onderscheid tussen koningin en werksters. Iedere werkster kan koningin worden, waardoor een nest bij overlijden of anderszins verdwijnen van de koningin altijd een nieuwe koningin kan krijgen.

Borststuk

Het borststuk van de Franse veldwesp (of eigenlijk alle veldwespen) is langwerpiger dan dat van de kortkopwespen, langkopwespen en hoornaars. Het lijkt zelfs uit twee delen te bestaan en loopt aan het eind taps toe.

Achterlijf

Het achterlijf van de Franse veldwesp loopt vanaf het borststuk van smal naar breed toe, waarna het weer smaller wordt. Bij de andere wespensoorten zie je juist een vrijwel direct breed achterlijf dat daarna smaller toeloopt. Door deze vorm valt de wespentaille bij veldwespen veel duidelijker op.

De tekening op het achterlijf heeft links en rechts een grotere uitstulping onder de zwarte dwarsstreep, en in het midden juist een wat minder opvallende uitstulping.

Kop

De kop van de Franse veldwesp herken je aan:

  • Antennes met gele onderkant, terwijl ze aan de bovenkant zwart beginnen en aan het eind oranje-geel zijn
  • Clypeus (kopschild) afwisselend met en zonder tekening
  • Gele lijn op de slaap, onderbroken door een zwarte vlek
  • Volledig zwarte kaken

Leefwijze

Nest van de Franse veldwesp

Vorm:Open nestje zonder papieren omhulsel
Kleur:Grijs
Grootte:Ø maximaal 15 cm
Locatie:Beschut, op plekken die warm worden, bv. onder dakpannen, golfplaten en zolderramen

Het nest van de Franse veldwesp kan je vaak goed bestuderen, omdat er geen omhulsel om het nest zit, en het een heel tolerante wespensoort is.

Van zeldzaam naar (vrij) algemeen

De Franse veldwesp is een relatieve nieuwkomer in Nederland en was tot het begin van de 21e eeuw een zeldzame gast in ons land. Tot en met 2008 werd deze wespensoort vooral in Limburg, Noord-Brabant en delen van Gelderland en Zeeland aangetroffen. Vanaf ongeveer 2008 is de soort meer noordelijk te vinden.

Hoewel de Franse veldwesp vooral in de zuidelijkere provincies algemeen geworden is, vinden we deze sociale wespensoort inmiddels in heel Nederland.

De wetenschappelijke naam is officieel Polistes dominula, maar ook Polistes dominulus wordt weleens gebruikt voor de Franse veldwesp.

Franse wesp?

Waar de naam Franse veldwesp vandaan komt is ons (nog) niet duidelijk. Of ze als eerste in Frankrijk zijn waargenomen, of dat ze vanuit Frankrijk naar België kwamen en de Belgen ze daarom Franse veldwesp noemden, we weten het simpelweg niet. Gek genoeg is er geen Franse naam voor deze wespensoort. Daar gebruiken ze de wetenschappelijke naam Polistes dominula, of een soort variant daarop: Poliste gaulois.

Wesp in het Frans

Een wesp is in het Frans ‘guêpe’. Handig om te weten, maar misschien heb je toch meer aan de specifieke naam van een wespensoort. En dan wordt het soms onhandig als je alleen de Nederlandse naam kent. Die laat zich niet altijd (letterlijk) vertalen naar een andere taal. Dat is een van de redenen waarom we overal ook de wetenschappelijke namen van de wespensoorten vermelden.

Bijzondere sociale wespensoort

De Franse veldwesp is een bijzonder tolerante wespensoort. Hoewel de meeste sociale wespensoorten behoorlijk tolerant zijn – je kan gerust voor een ingang van een nest staan zonder dat ze zich bedreigd voelen – lijkt de Franse veldwesp wel heel onverstoorbaar. Je kan heel dicht bij het nest komen zonder dat ze zullen steken.

Echt sociale wespen

Naast de opvallend kleine nesten en het ontbreken van het omhulsel is er nog iets wat deze wesp bijzonder maakt: ze helpen elkaar op nestjes die vlak bij elkaar zitten.

Geen verschil koningin en werksters

Nog iets bijzonders: bij veldwespen zie je geen verschil tussen de koningin en de werksters. Waar de koningin bij andere sociale wespensoorten duidelijk groter is, ontbreekt dat verschil bij veldwespen.

Wanneer een koningin verdwijnt of overlijdt, kan een van de werksters dan ook het gezag over het nest overnemen. Dat gebeurt niet zonder slag of stoot, er vindt een heuse strijd plaats om koningin te worden.

Agressief of niet?

We krijgen nogal eens de vraag of bepaalde wespensoorten agressief zijn. Zo ook of de Franse veldwesp agressief is. Nee, de Franse veldwesp is niet agressief of gevaarlijk. Deze wespensoort is over het algemeen vriendelijker dan de meest bekende wespensoorten; de Duitse wesp en de gewone wesp.

Wespen zijn niet agressief

Wespen zijn sowieso niet agressief, ze zijn eerder defensief. Ze vallen niet zomaar aan, en steken alleen wanneer ze zich bedreigd voelen. Omdat de Duitse wesp en gewone wesp wat brutaler zijn en vaker bij ons in de buurt komen, is de kans door deze wespensoorten gestoken te worden groter dan door een Franse veldwesp gestoken te worden.

Let op bij allergie: ander gif

Als je allergisch bent voor wespengif is het begrijpelijk dat je terughoudend bent bij iedere wespensoort. Toch is dat niet per se nodig. De Franse veldwesp maakt ander gif aan dan de ons bekende wespen en hoornaars. Allergie voor gif van de Vespula- en Vespa-soorten betekent dus niet automatisch allergie voor gif van de Franse veldwesp.

Wesp met hangende pootjes

Veldwespen zijn in vlucht herkenbaar aan de lange hangende gele pootjes onder hun achterlijf. Dit is dus niet uniek voor de Franse veldwesp, maar omdat de Franse veldwesp de meest voorkomende veldwespensoort in Nederland is, is de kans groot dat een wesp met hangende pootjes een Franse veldwesp is.

Bekijk hier een slowmotion opname van een Franse veldwesp in vlucht, met de typerende hangende pootjes:

Twee soorten Franse veldwesp

In 2023 werd bekend dat we eigenlijk niet kunnen spreken van “de Franse veldwesp”. Er blijken twee verschillende Franse veldwespen te zijn die met het blote oog niet van elkaar te onderscheiden zijn.

Zo blijken beide soorten net andere koolstofverbindingen te maken. Met deze koolstofverbindingen ontstaan geuren waarmee de wespen elkaar onderling herkennen, en ze dienen onder andere als bescherming voor de eitjes en larven.

Daarnaast zijn de tekeningen van de aderen van beide soorten net iets anders. Deze twee verschillen zijn zodanig dat dit voldoende is om te spreken van twee verschillende (onder)soorten.